Mastodon designing futures where nothing will occur

vrijdag 24 juni 2016

De Toekomst van Europa III: Nieuwe Kansen?


“There is no future/In England’s dreaming.”

Omdat veel sympathieke Britten heel erg voor ‘remain’ waren dacht ik de laatste tijd enigszins gelaten dat dit uiteindelijk wel een prima optie was. Maar nu naar het schijnt voor een Brexit is gestemd, ben ik eigenlijk vanuit eigen perspectief wel opgelucht. En ik denk dat menig politicus die de E.U. een warm hart toedraagt, samen met mensen die een ander Europa willen, dit stiekem ook zijn. Er zijn ongetwijfeld een groot aantal haken en ogen aan het hele uittredingstraject: het duurt lang en het Britse parlement moet er over stemmen, maar wanneer het daadwerkelijk wordt doorgezet tekent zich steeds duidelijker af dat de machtspositie van Engeland—later Verenigd Koninkrijk— in Europa, vanaf 1588 in gang gezet, definitief ten einde loopt. Het Verenigd Koninkrijk zal uit elkaar vallen omdat Schotland zich zal afscheiden, wellicht gevolgd door Ulster. Maar belangrijker voor het vasteland van Europa is dat een ongewillig lid van de E.U. vrijwillig zijn macht afstaat. Je las er opvallend weinig over in de aanloop naar het referendum. Hoe het Verenigd Koninkrijk, zeker sinds de opkomst van Thatcher, altijd zat te trollen in de E.U. nooit echt mee wilde doen, veranderingen tegenhield, de meest fundamentalistische neoliberale koers is blijven doordrukken en zich in wezen als een vazalstaat van de Verenigde Staten gedraagt (militair, economisch en op het gebied van surveillance.)

Vanuit het perspectief van hoopvolle Europeanen die wel van open grenzen, economische samenwerking, vrede en welvaart voor zoveel mogelijk mensen houden kan deze “crisis” niet anders dan als een grote kans worden gezien. In die zin is dit een interessant moment om te kijken hoe vooruitziend bepaalde politici zijn en dat zal vrijwel alleen Merkel zijn (geflankeerd door Van der Bellen en misschien Renzi) die eerder de pathetische chantage van Cameron liefdevol liet stranden. Maar veel zal afhangen van Europese burgers zelf die lokaal een einde moeten maken aan neoliberaal beleid. Een gunstige uitslag van de Spaanse verkiezingen zou al een krachtig tegensignaal afgeven. En het Grote Verhaal van de E.U. moet snel veranderen en beter gebracht worden, op zichzelf al een lastige klus met nieuwsmedia die dol zijn op conflicten en problemen. Maar alweer, als je er als individu niets voor wilt doen verdien je uiteindelijk de populist van dienst.

Met pro-Europese Britten (veel jongeren) heb ik te doen, maar aan de andere kant, een prutser als Cameron twee keer tot premier verkiezen? Het kiesstelsel maar niet kunnen hervormen? Dat is vragen om problemen. Hoe moeilijk het ook is om een geloofwaardig alternatief te bieden wanneer media buitenproportioneel gevestigde belangen van dienst zijn. Ik zou zeggen maak gebruik van de overgangsperiode en verhuis naar het Europese vastenland (of Schotland.) Veel is gezegd over de vulgaire angst voor vreemdelingen die is gemobiliseerd in aanloop naar het referendum en dat is een factor, maar de onderliggende wensdroom van een Brexit is natuurlijk een die ontspuit aan retromania. Een intense nostalgie van met name oudere generaties naar een Engeland dat gelukkig niet meer bestaat. De koloniën zijn allang onafhankelijk, de Wereldoorlogen waren niet romantisch, het Engelse voetbalelftal zal nooit meer een groot toernooi winnen, de staalindustrie bestaat niet meer en zonder reggae zou de Britse muziek na 1977 totaal niets voorstellen. De toekomst is open maar zoals ik het zie zullen in Engeland niet eens zo latente tendensen manifest worden: een typische “please, sir” politiestaat, waar Londen nog meer dan nu alles naar zich toetrekt en zich ongegeneerd ontpopt als offshore-hoofdstad van de wereld. Met extra veel regen. Interessant om vanaf een afstand te bezien, maar ik zou er voor geen geld willen wonen.

zondag 19 juni 2016

Borderland - Transport: Hoge Schooltechno

Ik luister op het moment naar een zeer beperkt aantal platen: The Lexicon of Love II, Autechre’s elseq en Juan Atkins & Moritz von Oswald present Borderland – Transport. De eerste Borderland-samenwerking van een paar geleden viel wat tegen maar dit is de echte opvolger van Deep Space (1995). Titels als ‘Odyssey’ en ‘Lightyears’ sturen de muziek dan ook direct richting de sterren. The Lexicon of Love II ademt een uiterst positieve sfeer uit en Transport is de meest vriendelijke plaat die ik in lange tijd heb gehoord. Geen schaduw (of kosmische straling) te bekennen, de muziek is omgeven door een licht narcotische gloed die heel rustgevend is en waar ik persoonlijk op het moment heel erg behoefte aan heb. Met Von Oswald aan boord ben je, naast onpeilbare bassen en de beste echo's aan deze zijde van de Grand Canyon, verzekerd van minimalisme in de puurste graad, wat Borderland in eerste instantie tot Hoge Schooltechno maakt. Waarna altijd dezelfde handleiding volgt: blijven luisteren en de sublieme details komen vanzelf naar voren. Opvallend zijn overigens de tussenstukken die net als op Loveless klinken als vreemde aanzetten tot andere tracks.

zaterdag 4 juni 2016

The Lexicon of Love II: eckte-eckte Pop



Ik had de aankondiging zien langskomen en nu is hij er toch echt: The Lexicon of Love II van ABC. Waarom is dat iets om bij stil te staan? Het eerste deel is in een aantal hoofdstukken van Kritische massa op de achtergrond aanwezig, maar toen het album in de zomer van 1982 uitkwam was mijn interesse in popmuziek bijna compleet afwezig. ‘The Look of Love’ was een van die vrolijke liedjes (type ‘Down Under’) die ik als ambient hoorde als ik buiten speelde. Pas later zou het album een plek in de popgeschiedenis krijgen als het sleutelwerk van New Pop, een interessante reactie op punk die (buiten Engeland) meestal is ondergeanalyseerd ten opzichte van new wave. Het was achteraf gezien ook een korte periode in de Britse popmuziek die loopt van The Lexicon of Love tot Cupid & Psyche ’85 en Simon le Bons legendarische kraai/uithaal tijdens Live Aid. Hoe dan ook, Marcello Carlin legt veel beter dan ik ooit zou kunnen uit wat het belang is van The Lexicon of Love.

Maar deel twee kan ik wel wat mee omdat het een aantal interessante, nieuwe vragen oproept. Het duurde een tijd voordat ik de moed kon opbrengen om er naar te luisteren, iedereen weet wat het gevaar van vervolgen is. En de plaat voelt ook helemaal niet thuis op Spotify. Wat mij bij uiteindelijke beluistering meteen opviel (en dit is een veel uitzonderlijke prestatie dan je in eerste instantie verwacht): het klinkt als een perfect simulacrum, alsof je luistert naar het langverwachte vervolg dat in 1984 is uitgebracht. De plukkende bas, DX7-accenten, de manier waarop opener ‘The Flames of Desire’ klinkt als een ouderwets Eurovisie-liedje, de plastic handclaps, de vleugjes pianohouse die ook op deel I waren te ontwaren, je luistert naar muziek die in wezen niets met 2016 heeft te maken. Op een niveau dan. Ik ben ervan overtuigd dat wanneer The Lexicon of Love II op een willekeurig moment in de jaren negentig was verschenen men er vrijwel geen aandacht aan zou besteden. Maar nu is het album opeens veel tijdiger. In deze periode van remakes en hyper-nostalgie voelt The Lexicon of Love II bijna als een noodzakelijk fenomeen.

De titel is gevaarlijk maar Martin Fry is een van de intelligentere popartiesten en heeft er ongetwijfeld veel over nagedacht om te concluderen: "fuck it, je leeft maar een keer, waarom moeilijk doen?" Ik hoop alleen dat het geen precedent schept en we straks worden bedolven onder Welcome to the Pleasuredome II, The New Slave to the Rhythm, etc. En Fry weet inderdaad meteen het potentieel van een vervolg uit te werken. Op de hoes kijkt hij als toeschouwer (regisseur?) toe hoe een jonge vervanger zijn oude rol overneemt. Fry heeft het gehad over NOWstalgia in plaats van een nostalgie naar 1982 en dat roept op zichzelf allemaal vragen op. Een plaat die klinkt als 1984 kan niet het huidige moment vangen alsof alles wat sindsdien volgde wordt uitgewist (behalve, vermoed ik, Random Access Memories, luister maar eens naar die brug in ‘Viva Love’ rond [2:10].) Maar ik denk ook dat het verlangen naar het moment subtieler is, het moment van een oudere zanger die nogmaals zijn licht laat schijnen op het tijdloze thema liefde. En dat lukt uiteindelijk erg goed. Fry beschikte altijd al het soort persona, type Bryan Ferry, dat al de oudere man speelde ver voordat de juiste leeftijd was bereikt. In zekere zin is hij er nu pas aan toe om echt te zingen.

Dan volgt het enige juiste criterium voor pop: fascineert het? Ja, The Lexicon of Love II is bij vlagen geweldige popmuziek als Pop, met melodieën, hooks en verrassingen die daarbij horen. ‘Singer Not the Song’ is het moment waar dit meteen duidelijk wordt, met gemak het beste popliedje van 2016. Dat is wanneer de opluchting toeslaat van “whoah, dit zuigt niet!” Daarna valt eigenlijk alles op zijn plaats, zie het moment dat ‘I Believe in Love’ begint te zweven, de manier waarop Fry in ‘Viva Love’ zingt “In the battle of sexes, victory is denied” of ‘Brighter than the Sun’ een compleet tegendraads positivisme uitdraagt. Een fijne verrassing...die waarschijnlijk niemand onder de 40 zal begrijpen.